Dame met twee duiven
Zoals je in de berichten van de laatste periode hebt kunnen lezen ben ik de afgelopen weken aan de slag met kraagstenen voor de Eusebiustoren. Deze toren van de Eusebiuskerk in Arnhem staat al een paar jaar in de steigers om grote delen van Ettringer tufsteen te vervangen in de weervastere Weiberner tuf. Al het beeldhouwwerk wordt vervangen in Muschelkalk, een grove Duitse kalksteen met veel poriën. Door zijn grofheid sluit deze steen goed aan bij het ruwe karakter van de oorspronkelijke tuf, maar hij is wel veel beter bestand tegen het weer. Na verloop van jaren zullen de zachte bruine delen uitgespoeld zijn, maar de witte delen worden steeds lichter, en de insluiting van wat vuil uit de lucht zal ervoor zorgen dat het beeldhouwwerk zich steeds duidelijker gaat aftekenen.
Twee niveaus met bouwbeeldhouwwerk
Aan de toren bevinden zich op twee niveaus grote en kleine kraagstenen: op steigerlaag 20 (op 45 meter hoogte) en op steigerlaag 10 (op 23 meter hoogte). Ook zijn er op dat laatste niveau nog heel veel maskers met groteske koppen. Deze maskers zijn intussen al door mijn collega Stide gekopieerd. We zijn nu samen druk bezig aan 10 Zuid en 10 Noord, en de volgende daarvan was deze dame met twee duiven.
Aanpak
Zoals je op de foto van de blokken steen kunt zien, krijg ik de steen voorbewerkt aangeleverd. De steenhouwers hebben de profielen al gemaakt, en het deel dat in de muur steekt is opgeruwd zodat de specie straks goed hecht. Op alleen een glad zaagvlak heeft specie weinig grip. Onderaan de kraagsteen is nog een rond profiel. Strikt genomen is dit ook steenhouwwerk, maar deze keer is dat aan mij overgelaten. Als ik dat er netjes heb op gemaakt kan ik beginnen met het eigenlijke beeldhouwwerk. Meestal begin ik met een profielsjabloon van de kop te maken en over te zetten op de steen. Vandaaruit kan ik de overige delen van de kop inmeten en nahakken in de nieuwe steen.
Ik meet vooral veel met passers, maar bij blokken als deze is de plek van de belangrijkste onderdelen makkelijk en snel te vinden met een doorzichtige folie. Delen als de duiven en de handen vallen bijna helemaal binnen één bol vlak. Op dit folie kan ik de lijnen snel overnemen met een markeerstift en daarna weer overzetten op de steen. Als je wilt zien hoe dit in praktijk gaat kun je het beste het volgende blogbericht hierover lezen: Tien tips 2: van ontwerp naar steen.