Niet alles draait om (luchtboog)beelden in de beeldhouwerij. Afgelopen week heb ik een engel voorgezaagd en een Shivalingam gemaakt.
Shivalingam
Een klant wilde graag een Shivalingam. Niet omdat hij er een speciale religieuze verbintenis mee heeft, maar hij vond het gewoon een mooie vorm, zei hij. Nu had hij nog een stuk Zwart Zweeds graniet liggen, waaruit het gemaakt kon worden. Hij had zelf de contour getekend op een stuk tekenkarton. Ik trok deze contour over op een stuk triplex, waardoor ik deze vorm met mijn beeldenzaag kon uitzagen uit het graniet.
Ik hoefde de lingam gelukkig niet te polijsten, maar na het voorzagen ben ik nog ruim een dag bezig geweest met het schuren en zoeten van de steen. Zoeten is fijn schuren tot korrel 200. Het lastigste is het om alle valse deuken uit de vorm te krijgen, zodat er een mooie soepele vorm ontstaat. Je kunt dat het best voelen met je ogen dicht. Tijdens het werk heb ik alle Shivabhajans gezongen die me te binnen schoten, een mooie meditatie.
Wat is een Shivalingam?
Een Shivalingam is een eivormige steen, een symbool voor God in zijn ongevormde zijnsstaat. Het mannelijk principe van Zijn-Bewustzijn-Gelukzaligheid (Sat-Chit-Ananda), rustend in zichzelf, alles omvattend maar ongevormd. Vaak wordt deze eivormige steen geplaatst in een yoni of panipitha (waterstoel), een soort fundament dat een symbool is van het vrouwelijk principe (Shakti). Het Shiva- aspect is het Zijn, Shakti is Worden. Shakti staat voor de expressie in al-wat-is, de totale schepping dus. Dus dezelfde energie is Shiva als het ongevormd is, en op het moment dat dit besluit zich te ontplooien tot de volledige schepping krijg je de vrouwelijke scheppingsenergie, de Shakti. Dit zijn twee aspecten van dezelfde energie. Tijdens rituelen wordt Shiva vereerd door hem met onder andere water en melk te overgieten.
Lees hier↑ een aantal berichten over de lingams en panipitha’s die ik eerder maakte.
Een engel in twee pogingen
Dan was er nog de zandstenen engel die ik zou voorzagen voor mijn collega Serge. Het is een opdracht van de Sint-Janskathedraal, vergelijkbaar met mijn beelden van Thomas van Aquino en Paus Leo de Grote. Hij zal weer een prima kopie maken uit deze voorgezaagde engel. De vorige keer heeft Jelle een soortgelijke engel voorgezaagd, lees hier↑ meer.
Het was echter wel een klusje met een paar haken en ogen. Een paar maanden geleden kreeg ik een groot blok Udelfanger zandsteen binnen voor deze engel. Ik dacht meteen al te zien dat er iets niet klopte, en jawel: het blok was ruim 10 centimeter te klein!
Na wat overleg is toen besloten om de onderste 15 centimeter van het beeld er apart aan vast te maken. De redenen zijn dezelfde als die ik al eerder heb uitgelegd bij Thomas van Aquino en Paus Leo: bij voorkeur hebben ze het groefleger (de steenlagen van het blok) horizontaal door het beeld lopen, in plaats van verticaal, omdat er anders hele plakken ineens vanaf kunnen vallen. Daar tegenin zou je kunnen stellen dat de dunne vleugels wellicht beter uit verticale lagen gemaakt hadden kunnen worden, omdat voor dat deel die stand juist weer gunstiger is. Het blijft zoeken naar de beste oplossing.
Barst!
Dus ik had een blok steen dat veel te groot was, maar niet hoog genoeg. Ik zaagde het met mijn betonkettingzaag in twee stukken, en maakte een apart onderstuk uit het onderste deel van het reservestuk. Dat verlijmde ik aan het grotere stuk en begon met voorzagen. Maar al snel bleek dat het kleine zwarte lijntje dat ik had aangetroffen een grote scheur was, die van boven naar onder door het blok liep. Oeps! Ik heb het blok aan de kant gelegd en wat rondgebeld, en al een week later kreeg ik een beter blok binnen.
Tweede poging

contoursjablonen staan erbij voor de maten
Ook dit blok zaagde ik overlangs door met de kettingzaag. Vervolgens hees ik het op ondersteboven op de voorzaagmachine, waar ik er een mooie vlakke kant aan zaagde. Ook het reststuk onderging deze behandeling, en ik zaagde er een plak van ruim 20 cm af. Het was de bedoeling dat ik deze twee stukken op elkaar zou verlijmen. Maar als je al wat langer meeleest dan weet je dat ik er niet zomaar een dikke laag epoxylijm tussen kan smeren. Dan krijg je een waterdichte laag die voor allerlei problemen gaat zorgen.
Ik zette beide stukken ondersteboven terzijde. Nadat ik de te verlijmen vlakken zo vlak mogelijk had gemaakt, maakte ik een speciale mortel op kleur klaar. Ik smeerde deze dunne pap op het oppervlak en liet het kleinere blok erop zakken. Eventjes kon ik dat blok nog verschuiven, totdat de delen zich ineens op elkaar vastzogen.
Het was gelukt, er was een minimale, doorlaatbare verbinding gemaakt. Na het weekend was de mortel uitgehard en boorde ik twee diepe gaten met de diamantboor. Daarin verlijmde twee roestvaststalen draadeinden met gietepoxy. Nog een dag later was alles hard en kon ik het blok keren en het beeld voorzagen.
Voorzichtig
Het was niet voor niets dat deze engel vervangen werd: hij was sterk verweerd en Serge had met boetseermassa alle ontbrekende delen aangevuld. Dat spul is naderhand eenvoudig weer te verwijderen, omdat het nooit uithardt. Maar wat mij betreft is het wel erg lastig werken zo. Ik moest het beeld een paar keer hijsen en verplaatsen, dus ik moest erg oppassen dat ik niets vervorm. En met het voorzagen is het helemaal lastig, omdat ik met de tastschijf gemakkelijk door het oppervlak van de klei druk. Ik heb liever gips of harde mortel als reparaties, omdat ik dan veel minder voorzichtig hoef te zijn. Maar gelukkig heb ik het met veel geduld wel voor elkaar gekregen.
Je kunt op de foto’s van het eindresultaat wel zien dat ik vooral bij de neus erg voorzichtig was.
Als ik daar door de klei heen druk, gebeurt dat aan de zaagzijde ook in de steen. Eén zaagsnede die iets te diep uitvalt, levert een hoop problemen op. Dan moet het hele hoofd worden aangepast, en verder naar achteren gemaakt worden. Dus liever een fractie teveel materiaal dan te weinig op die plek! En het bleek dat de lijmnaad bijna niet te zien was, je moet echt weten waar hij zit, dan kun je hem vinden. Misschien valt hij op het geschuurde beeld iets meer op, maar dan nog is hij nauwelijks zichtbaar.